Het verleden en ik, zoveel stappen gezet, zoveel moeite gedaan,
inclusief de rugzak die ik draag , altijd dankbaar voor het bestaan.
Voor het pad dat we volgden, voor hen die we onderweg tegenkwamen,
voor de solowandelingen, maar ook het gezelschap, samen.
Wankel en soms nog vluchtend voor het onbekende als een kind,
verstoppend in de schaduw, voor het monster dat zich onder het bed bevind.
Dat ik nooit goed genoeg zal zijn, terug geworpen in de onzekerheid,
want hoe groot ik ook gegroeid ben, ook dat is mijn werkelijkheid.
Ik wil volwassen zijn, in woorden en in daden, in de beslissing die ik neem,
want alleen dan kan ik met recht verklaren, dat ik de volwassenheid claim.
Mijn opgroei fase is voorbij, ik wil niet meer dat het meisje leidt,
eeuwig verbannen naar wat ooit is geweest; het ontvluchten van realiteit.
Sterke woorden, daadkracht vergezelt mij en mijn verleden op ons pad,
soms echter niet vergetend dat ik die rugzak niet voor niets ophad.
Na de weg die ik aflegde, het gevecht en de intensiteit ervan,
blijkt dat ik ondanks alles mens ben, die nog altijd wank’len kan….